Zo, nu de Tenzan staat te pronken in de vitrine gaan we weer verder met de Emily, die sinds begin augustus geduldig staat te wachten. Ik ga proberen hem voor eind december te voltooien.
De eerste klus was het aanpakken van het probleem met de neuskegel. Deze is namelijk te smal voor de romp. Voor een kit van deze prijs kunnen we dat gerust een schande noemen. Je kunt moeilijk de romp vernauwen of de neuskegel verbreden, dus met plamuur heb ik de kier bewerkt en glad gemaakt. Maar je blijft het zien, zowel aan de zijkanten als aan de kiel. Ik moet nog wel hier en daar de paneellijnen doortrekken.
Bij proeven met het prototype kwam men erachter dat de Emily instabiel was in het water, met name in de lengterichting, Dat pakte men aan door de kiel te verlengen en een vin te plaatsen aan het einde er van. Toen dat niet genoeg hielp werd er zgn. ribben geplaats in de lengte van de kiel. Dat deed ook het probleem niet helemaal verdwijnen, maar het was acceptabel. Om ze op het model goed geplaatst te krijgen was ik wel even bezig, want alle richeltjes moesten op elkaar aansluiten.
De volgende klus was de bedrading, waar ik als een berg tegen op zie omdat die artosevingers niet meewerken. (Om die reden heb ik al mijn tweedekkers verkocht: die rigging kan ik wel vergeten
). Het rare van deze moderne kit is dat men net doet of er geen bedrading aanwezig was. De drijvers worden aan struts gelijmd en zo onder de vleugels geplakt. Vind men bij Hasegawa, waar ze waarschijnlijk een jonge manager hebben aangesteld op de afdeling modelontwikkeling, die geen ervaring heeft maar wel een academische opleiding.....
Gelukkig weten wij oudjes beter
Ook op de pagina's met de kleurenschema's ontbreekt het breiwerk.
Ben ik even blij dat ik een kopietje heb gemaakt van de instructies van de old tool Emily, alvorens die te verkopen! Die stamt uit een tijd dat ze nog een oude manager hadden die wel van draden en touwtjes wist. Duidelijke instructies met vermelding van de gewenste draadlengtes:
Ik ben begonnen met de struts van de drijvers. Zoals bij bijna alle vliegboten uit WOII werden die op hun plaats gehouden door staalkabels, die op spanning werden gebracht. Die kabels vormen samen een kruis en geven de verbinding van drijvers met vleugels extra sterkte in de lengterichting. Ik dacht ze eerst met visdraad te maken maar kwam toen op het idee om stretched sprue te gebruiken, want dan kon ik ze dikker maken, zoals dat in het echt ook het geval was. Het bleek een tijdrovend werkje te zijn om draden van gelijke dikte te maken, maar het is gelukt. Eerst lijmde ik 1 draad aan de onderkant vast en liet de lijm drogen, daarna de tweede en een dag later lijmde ik ze vast aan de bovenkanten.
et voilà:
Maar ook in de breedterichting moeten de drijvers op hun plaats blijven. Daarvoor werden staalkabels door de drijvers geleid en vastgezet in de vleugels. Dat wordt de volgende klus en ik moet nadenken over hoe ik dat ga aanpakken. Vanavond begin ik met gaatjes boren.
Eerst moest een belangrijk probleem worden opgelost: de vleugels passen niet in de romp. Weer zo'n blunder. Dat komt door de spars en dan met name door de dwarsverbindingen ertussen. In de vleugels is niet genoeg ruimte om ze helemaal naar achteren te duwen en de afstand tussen de spars onderling is te breed. Ik heb de spars bijgeschuurd en de verbindingen verwijderd. Dat bleek te helpen. Maar nu komt het volgende probleem, waarvoor ik jullie advies vraag. Het gaat om de planning van de bouw. Wat kan ik het beste doen om een zo goed mogelijk resultaat te krijgen? Er zijn twee mogelijke werkwijzen:
1. Ik maak eerst de romp helemaal af. Schilder en vernis hem en breng de kentekens aan. Vervolgens maak ik de vleugels helemaal af: drijvers en rigging, hardpoints voor bommen en torpedo's, schilderwerk, vernissen en kentekens aanbrengen. De onderkant van de vleugels moet met de kwast gevernist worden omdat anders vernis op de draden gaat zitten en dat is lelijk. Daarna worden de vleugels aan de romp gelijmd, moet er geplamuurd worden en moet rondom de aanhechting opnieuw worden geschuurd, geplamuurd, geverfd en gevernist worden. Dat blijf je zien. Voordeel is wel dat e.e.a. hanteerbaar blijft en dat je overal nog goed bij kunt..
2. De drijvers worden aangebracht, waarna de vleugels aan de romp worden gelijmd. Dan worden de resterende onderdelen op hun plaats gelijmd en kan er geschilderd en gevernist worden. Dan komen de kentekens aan de beurt en dan doen we de matte eindlaag. Ik vrees dat ik bij deze werkwijze last ga krijgen van het formaat van deze dame en dat er onderdelen afbreken. Net als bij de eerste werkwijze moeten ook hier de onderkanten van de vleugels worden afgeplakt bij het spuiten en met de kwast worden behandeld met vernis. Voordeel is wel dat verven en vernissen in 1 keer kunnen worden gedaan.
Wie weet raad?
Dank & groet,
Jan
.