Verrassend genoeg liggen de uitslagen van de poll niet eens zo heel ver uit elkaar... In eerste gedachte hoort bij Luft46 natuurlijk een futuristisch ogend, lawaai producerende kabaalapparaat zoals de Me-263, en geen stille vliegende vrachtwagen. Ondanks het steeds kleiner wordende Duitse rijk waren ze ook in die periode nog bezig met het ontwikkelen van een aanvals-zweefvliegtuig ipv defensieve jagers. Raar maar waar. Toch even kijken of er animo voor was.
Zoals een beetje verwacht is het de slank gelijnde opvolger van de Me-163 geworden.
Een korte introductie van deze familie van raket vliegtuigen;
Het hele verhaal begint eigenlijk met de DFS 194. (DFS staat voor "Deutsche Forschungsanstalt Segelflug" oftewel een soort ontwikkelingsinstituut voor zweefvliegtuigen.)
De DFS 194 werd ontworpen door Alexander Lippisch op basis van zijn staartloze serie "Delta" vliegtuigen zoals de DFS-39 en DFS-40. In tegenstelling tot deze voorlopers werd de DFS 194 oorspronkelijk ook ontworpen met een conventionele zuigermotor als aandrijving, maar dan in een "pusher" configuratie. In 1938 was het airframe hiervoor gereed.
Dit ontwerp kreeg de interesse van het RLM aangezien zij dachten dat een staartloos ontwerp de beste basis was voor een raket aangedreven jager. Alexander Lippisch verhuisde in Januari 1939 naar Messerschmitt om daar te werken aan "Project X". De DFS 194 werd aangepast en voorzien van een Walter R I-203 raket. De eerste vlucht van de raket aangedreven DFS 194 vond plaats in Augustus 1940.
De eerste, volledig door vloeistof raket aangedreven vlucht is overigens uitgevoerd door een Heinkel He-176;
Alle ervaringen die werden opgedaan met deze "langzame" DFS 194 werden verwerkt in het volgende ontwerp; de Me-163A;
De gelijkenis mag duidelijk zijn. Leuk detail is dat met een Me-163A, gevlogen door Heini Dittmar, op 2 Oktober 1941 een officieel wereldsnelheidsrecord van 1004,5 km/uur werd behaald. Pas in 1947, enkele jaren na de oorlog is dit record verbeterd door een Douglas Skystreak.
Ondanks de behaalde snelheden was het ontwerp bij lange na nog niet perfect. Door de perfecte zweefeigenschappen was het toestel erg moeilijk te landen. (Net zoals de huidige Space Shuttle is het neit meer dan een raketaangereven zweefvliegtuig met maar één mogelijkheid voor een goede landing...
)
Het vervolg ontwerp was de ME-163B;
Een verbeterd ontwerp met oa leading edge slats voor betere landings eigenschappen. Ook kreeg het een sterkere HWK 109-509 motor. Een eis van het RLM om het vermogen regelbaar te maken zorgden voor een extra complexiteit in deze motor, wat helaas niet ten goede kwam van de betrouwbaarheid. Daarnaast werd als brandstof het zeer corrosieve en beruchte "C-stoff" en "T-stoff". Dankzij dit zeer extreme goedje moesten de vliegers voortaan in beschermende kleding het toestel besturen.
Voorzien van 2 Mk 108 kanonnen zag een scramble van een operationele Me-163B er als volgt uit; Met 320 km/uur opstijgen, laag blijven totdat de ideale klimsnelheid van 676 km/uur werd bereikt, dolly afgooien en over in een 70* bocht omhoog naar de bommenwerpers. Binnen 3 minuten naar 39.000ft! Aflevellen en accelereren naar 880 km/uur voor een aanvalsrun... :plonk:
Knap werk voor die tijd. Ook met een Me-163B wist Heini Dittmar op 6 Luly 1944 een snelheidsrecord te verbreken; 1130 km/uur zorgde er wel voor dat de Me-163 terugkeerde met het grootste deel van zijn stabilo afgebroken door flutter. Ook dit record werd pas in 1947 verbroken, ditmaal door Chuck Yeager met zijn Bell X-1!
Als laatste versie stond de Me-163C op de tekentafel. Naast een verbeterde motor werden ook andere punten opgelost. Zo werd het voorzien van een grotere vleugel, , drukcabine met bubble canopy, verlengde romp met grotere brandstofcapaciteit. Verder dan een enkel prototype is het echter niet gekomen.
De laatste in dit overzichtje is het onderwerp van deze bouw; de Me-263/Ju-248; het ontwerp van de ultieme raketaangedreven jager. Op de bouw van enkele mock-ups en prototypes na is de ontwikkeling hiervan niet verder gekomen;
Binnenkort meer over de kit zelf als ik weer thuis ben. De spreu's even door een afwas sopje halen en beginnen met de bouw.