Nu deF.27 Mk.200 klaar is, tijd voor een nieuw model. Eentje die het niet tot prototype heeft gebracht, maar wel interessant is: De Fokker F.26 Phantom, ontwerp voor het eerste straalpassagiersvliegtuig.
Het hoofd constructiebureau van Fokker, M. Beeling had de leiding van het F.26 Phantom project, binnen het bedrijf bekend als Ontwerp 232, en het ontwerpteam heeft twee schaalmodellen gemaakt voor demonstraties en voor windtunneltesten. Dit gaf een aanzet voor de constructie van de Phantom.
The F.26 was een vooruitstrevend ontwerp, zeker als je in aanmerking nam wat de Duitsers met het bedrijf had-den gedaan. Ze hadden de rol van Fokker in de vliegtuigindustrie meer en meer beperkt en hadden aan het eind van de oorlog alle productie uitrusting weggevoerd of vernietigd.
The Fokker F.26 werd gepresenteerd op de Parijse Salon in 1946. Het vliegtuig werd voortgestuwd door Britse Rolls-Royce straalmotoren, die echter op dat moment door vele luchtvaartmaatschappijen als te futuristisch be-schouwd werden, zodat er toen geen vraag naar het vliegtuig was. Fokker claimde later, dat de F.26 slechts een conceptueel ontwerp was, hoewel de feiten iets anders lijken aan te tonen.
Op aansporing van Plesman, directeur van de KLM, initieerde Fokker een samenwerkingsproject met het Brit-se De Havilland Aircraft Company om een straalpassagiersvliegtuig te ontwikkelen. Plesman dacht dat zo de ontwikkelingskosten beter verdeeld konden worden; hij vond dat Fokker zo’n project niet alleen kon doen, zelfs al zou de Nederlandse overheid het subsidiëren. Het project werd uiteindelijk inderdaad door het. Nationaal In-stituut voor Vliegtuigontwikkeling (NIV) ondersteund.
Uiteindelijk gingen de Britten na het gezamenlijke onderzoek er met alle data vandoor en gebruikten die voor hun eigen De Havilland D.H. 106 Comet, die in 1949 als het eerste straalpassagiersvliegtuig van de wereld zou vliegen. De Britten ondervonden later eenzelfde scenario toen de gegevens van hun eigen Miles M.52 die zij de Amerikanen leverden gebruikten voor de Bell X-1.
De Fokker F.26 Phantom zag er tamelijk uniek uit door de plaatsing van de twee Rolls-Royce RB.41 Nene mo-toren onder de romp. Het vliegtuig was geheel van metaal en kon 17 passagiers vervoeren met een bemanning van drie personen. De cabine had twee rijen stoelen aan stuurboord en een enkele rij aan bakboord. Achter in de romp bevonden zich twee bagageruimen en een toilet.
Hoewel de F.26 niet in productie ging, behalve wat componenten fbricage, hielpen het windtunnelonderzoek en de markt research wel bij de ontwikkeling van de Britse De Havilland D.H. 106 Comet, the Avro Canada C-102 Jetliner en ook de nieuwe Fokker F.27 Friendship van een paar jaar later.
De F.26 had een intrekbaar landingsgestel en de motoren, met een stuwkracht van ieder 2.3 kN waren de krach-tigste die op dat moment beschikbaar waren. De bemanning bestond uit twee vliegers en een radio operator. Volgens de ontwerpstudies had de F.26 een kruissnelheid van 800 km/h en een vliegbereik 1,000 km.
De kit zit in een stevige kartonnen doos en bevat de resin onderdelen in een aantal plastic zakken, doorzichtige plastic cabine- en cockpit, een set decals voor de registratie PH-FOK en het Fokker logo in drie verschillende stijlen, bouw- en schilderinstructies, een korte beschrijving van de historische context en een genummerd certi-ficaat, waarschijnlijk om de walgelijk hoge prijs te rechtvaardigen. Mijn kit heeft nummer 21.
De handleiding is erg eenvoudig, een lijst van de 61 onderdelen, een beschrijving van de bouwvolgorde een maatschets en suggesties voor een schilderschema voor binnen en buiten.
De onderdelen hebben nauwelijks luchtbellen, maar wel grote stukken resin op de plaatsen waar de malhelften samenkwamen. Het interieur is best gedetailleerd, al zal daar later weinig van te zien zijn.
Afmetingen:
Spanwidte 18.20 m
Lengte 15.40 m
Hoogte 5.90 m
Hier nog de enige, originele Fokker tekening (bron: Wim Vredeling)
Referenties
1. H. Hegener, Fokker, The Man and the Aircraft, p. 193, ISBN 0-8168-6370-9, 1961
2. T. Postma, Fameuze Fokker Vliegtuigen, Luchtvaart in Beeld nr. 1, p. 63, Omniboek, Kampen, 1978
3. T. Postma, Fokker, Bouwer aan de Wereldluchtvaart, pp. 125, 137, Fibula - Van Dishoeck, Haarlem, 1979
4. F. Troost, S. van der Zee & W. van Zoetendaal, Salto Mortale - Fokker in bedrijf 1911-1996, p. 188, ISBN 907557410X, 1998
5. R. de Leeuw, Fokker Verkeersvliegtuigen, Van de F.I uit 1918 tot de Fokker 100 van nu, p. 145, ISBN 90 269 4074 2, 1989
6. J. van Huijstee, Vervlogen jaren van Fokker, p. 60, Van Soeren & Co, Amsterdam, 1997
7. H. Hooftman, Alles over de Fokker Friendship, Fokker Verkeersvliegtuigen van F.1 tot F.28, p. 80, L.J. Veen's Uitge-versmij N.V., Amsterdam, 1963
8. N. Braas & W. Vredeling, Fokker S.14 Machtrainer, In dienst van de Nederlandse Luchtvaart, p. 22, ISBN 978-90-804981-5-0, 2009
9. W. Vredeling, Collection Fokker, Copies of original Fokker drawings and documents, 2010
Maar meteen begonnen. Zo zien de grote stukken er uit.
Na wat zagen en schuren:
Dat schuren wilde ik eerst met een schuurschijfje doen, maar dat gaf zo'n troep (en stofwolk), dat ik het maar met de hand gedaan heb.
Rob