Hallo allemaal,
De DC-5 is weer terug op de werktafel. Ik had hem even in de kast gelegd nadat ik gezien had hoeveel werk ik met de vleugel zou krijgen. En daar had ik even geen zin in.
De vleugel bestaat uit één deel resin. Maar bij het gieten is iets niet helemaal goed gegaan, want het rompdeel en (vliegrichting) linker vleugel zitten vol kleine gaatjes. Waarschijnlijk luchtbelletjes die zijn ontstaan tijdens het uitharden. Ik heb weinig verstand van resin, dus ik weet dat niet helemaal zeker. Wel weet ik dat het een ### klusje was om al die gaatjes te vullen met plamuur-schuren-panel lines herstellen-etc. etc.
Ook bleek dat de vleugels niet dezelfde dehedral (V-stelling) hebben. De (vliegrichting) linker vleugel had een V-stelling van 1°, waar het 6° 40' moet zijn. Dus heb ik de vleugel los gezaagd en onder de juiste hoek weer vastgelijmd. Om er achter te komen dat gewone CA lijm totaal niet hecht aan dit resin....Het blijft wel een beetje plakken, maar bij druk breekt het direct af. Uiteindelijk heb ik het vastgezet met Bison universele epoxylijm. Een tip van forum lid Sjaak (Shake) van een paar jaar geleden.
De volgende stap is het aanbrengen van slots in de vleugelvoorrand ter hoogte van de ailerons (rolroeren).
Citaat:
Fixed Leading-edge slot
Dit is een opening (slot) in de vleugel voorrand (leading-edge) waardoor lucht onder hoge druk van de onderkant van de vleugel naar de bovenkant van de vleugel kan stromen. Dit heeft twee voordelen: het genereert extra draagkracht, waardoor met een lagere snelheid gestart en geland kan worden en het vergroot de controleerbaarheid van het toestel in een stall situatie. Het nadeel: bij hoge snelheden is het nutteloos en wekt het weerstand op. De eerste toepassing van slots was in 1919 (Handley Page/ Lachmann patent).
De DC-5 was uitgerust met een ‘low speed’ vleugelprofiel. Het toestel was speciaal bedoeld voor korte afstanden en kleine airstrips. Het vermogen te kunnen landen met lage snelheid werd verkozen boven een hoge vliegsnelheid. De vleugel was gedefinieerd als NACA 23018 aan de vleugel wortel (gelijk aan de A-20 Havoc) en NACA 23012 aan de vleugeltips. Daarbij loopt de dikte van de vleugel van de aanhechting tot aan de vleugeltips terug van 18% tot 12% van de koorde. Dit type vleugel overtrekt gemiddeld bij een invalshoek (de hoek tussen de vleugel en de aanstromende lucht) van 15˚(1G stall situatie, want een vleugel kan bij elke hoek overtrekken, afhankelijk van de belasting).
Door ter hoogte van de ailerons fixed slots aan te brengen, kan de kritische invalshoek worden vergroot tot 20˚ of zelfs 25˚. Dus tijdens een stall van de vleugel ter hoogte van de vleugelwortel, blijft het vleugel deel bij de rolroeren effectief. Dat komt de besturing in deze kritische vliegfase ten goede.
In de testvliegfase werd nauwelijks aangetoond dat de slots een positief effect hadden op het verlagen van de stall speed, toch werd omwille van de ontwikkelingstijd en de potentiële gunstige vliegeigenschappen besloten de slots in de productietoestellen te handhaven.
Dit zijn de losse onderdelen, die ik met eerder genoemde epoxylijm heb vastgezet.
De opening (slot) aan de bovenkant van de vleugel is echter veel te groot in het model. Aan de onderkant is deze duidelijk zichtbaar, maar aan de bovenkant zou slechts een minimale spleet zichtbaar moeten zijn. Dus heb ik de ruimte verder opgevuld met strookjes styreen die weer niet willen plakken op het resin... Ik krijg steeds meer bewondering voor de brouwers die knappe dingen laten zien met resin. Uiteindelijk bleef het vast zitten met Kristal Klear (niet nat schuren daarna...heb ik uiteraard wél gedaan
)
Het eindresultaat voor de bovenkant.
en het eindresultaat voor de onderkant. Helaas is ook hier de inmiddels herstelde schade als gevolg van de gaatjes goed zichtbaar.
Meestal breng ik de primer aan als het model daarna klaar is voor verdere behandeling. Maar omdat ik niet meer door al die vlekken heen kan kijken heb ik besloten de vleugel vast in de zwarte primer te zetten.
Daarvoor gebruik ik sinds de brouw van de DC-2 MRP fine surface primer. Dat was een gouden tip van Erwin van LHS toen ik opzoek was naar een primer die goed hecht op resin.
En het resultaat is naar verwachting. Al het werk loont uiteindelijk, want er zijn geen gaatjes meer zichtbaar. Wel kom ik er achter dat ik hier en daar wat krassen moet wegwerken voor de metallics aan de beurt komen
Dit was een hele bevalling en ik ben blij dat deze achter de rug is. Hierna meer aandacht voor het rivetten! tot de volgende.
VJ