Mijn inzending voor deze groepsbouw is een 1:72 Oosterijks-Hongaarse PKZ-2 verkenningshelikopter van Roden. In januari heb ik al een Fokker E-III gebouwd en ik ben nu nog bezig met een tank, een Mk.IV ‘female’. Mocht iemand nog een 1:72 kanon weten..... is ook wel kenmerkend voor deze oorlog.
Voorafgaand aan de Eerste Wereldoorlog, leek het erop dat niemand wist waar de helikopter goed voor was. Een ballon heeft dezelfde eigenschappen als een helikopter: verticaal opstijgen en landen, en zweven. Met het succes van het vliegtuig, leek het er op dat de uitvinders van de roterende vleugel hun tijd verspilden. Tijdens de oorlog startte Stefan von Petroczy een project om een vliegend, gewapend observatieplatvorm te ontwerpen, samen met de heren Theodor von Karman en Wilhelm Zurovec. Hun eerste ontwerpen betrof een ‘aangebonden’ helikopter. Het kon alleen omhoog/omlaag door kabels te laten vieren of aan te trekken. De beste resultaten werden verkregen door bij het model 3 kabels (Fessels) te gebruiken. Op 21 augustus 1917 kreeg MAG te Matyasfold de opdracht om een ‘full-scale’, bemande helikopter te bouwen. Het toestel werd een ‘Schraubenfesselflieger’ (SFF) genoemd, later de PKZ-1.
De PKZ-2 ontwikkeling werd gestart door Zurovec (zonder von Karman) in november 1917, ver voordat de PKZ-1 was afgebouwd of had gevlogen. De financiering van het toestel werd niet verstrekt door het Kriegsministerium. De Hongaarse Bank en de grote ijzer en staalfirma Dr. Liptak & Co financierden de ontwikkeling en bouw van het toestel. Zurovec kreeg binnen Liptak de leiding over een experimentele afdeling welke volledig gericht was op het ontwikkelen van de Schraubenflieger PKZ-2. Als gevolg van deze privé financiering zal het moeilijk geweest zijn om aan materialen voor de bouw te komen. Zeker het verkrijgen van voldoende krachtige en betrouwbare motoren zal zonder staatsinmenging (bijna) onmogelijk zijn geweest. Uit de patenttekening van Zurovec voor de besturing van de lijnen (Fessel) met 1 lier en 3 katrollen is één motor aangegeven welke de contra roterende propellors aandrijft. Er is (nog) niets te zien in dit patent van de 3 motoren welke in de poten van het toestel zijn opgesteld.
De eerste versie van de PKZ-2 is uitgerust met een drietal Oberursel U2 motoren van 100 pk (een kopie van de Franse Gnome rotatiemotor).
In de periode van 2 tot 5 april 1918 is er getest met de PKZ-2 versie 1. Slechts een aantal testvluchten werd uitgevoerd op een hoogte van niet meer dan 1,5 meter boven de grond (gemeten tot de onderkant van het grote luchtkussen). De duur van een testvlucht was maximaal een half uur. Uit deze tests bleek dat de 3 Oberursel U2 motoren te zwak waren, waardoor boven 1,2 meter de machine snel zijn liftvermogen verloor.
In de tweede versie van de PKZ-2 werd de Oberursel UR 1 ingebouwd. Dit was een kopie van de Le Rhone rotatiemotor van 110 pk. Dit opgegeven aantal pk's gold voor een volledig optimale en perfect afgestelde motor. Het is onwaarschijnlijk dat de drie Oberursels die ingebouwd werden dit maximum vermogen gehaald hebben. Berekeningen vooraf gaven als uitkomst dat met deze motoren geklommen kon worden tot een hoogte van ca. 50 meter.
Er werden tegelijkertijd een aantal aanpassingen aan de machine doorgevoerd:
In de tweede versie van de PKZ-2 zijn nieuwe en van vorm gewijzigde luchtkussens toegepast / Een Bosch starter is gemonteerd voor elke motor op de stijl van het chassis / Een toerenteller voor de meting van één van de motoren, bevestigd op één van de stijlen van het chassis.
Na de inbouw van de iets krachtiger motoren en het uitvoeren van de andere aanpassingen werd op 17 mei 1918 gestart met de testvluchten voor de PKZ-2 versie 2. Tijdens deze testvluchten werd een maximale hoogte van 50 meter gehaald. Door metingen werd geconstateerd dat op deze hoogte nog slechts 50 á 60 kg gewicht kon worden getild (misschien net genoeg voor een erg lichte waarnemer). Op 21 mei 1918 werden de testvluchten beëindigd. De motoren werden voor een complete revisie uit elkaar genomen om bij volgende testen een zo optimaal mogelijk vermogen te kunnen leveren.
De Kommission der K.U.K. Luftfahrtruppe wilde op 10 juni 1918 de mogelijkheden van de PKZ-2 versie 2 beoordelen. Voor Zurovec en zijn mensen kwam dit slecht uit aangezien de motoren vanaf 21 mei 1918 volledig gereviseerd werden en op 10 juni nog niet optimaal beschikbaar zouden zijn. Dit onderhoud aan de motoren was noodzakelijk vanwege het (te) geringe aantal pk's dat werd opgeleverd. Zurovec zal geprobeerd hebben de datum te verschuiven, maar uiteindelijk werd door de delegatie opgelegd dat het toestel op 10 juni 1918 gedemonstreerd moest worden.
Op 10 juni 1918 werden twee vluchten gemaakt met de PKZ-2 versie 2 met de waarnemerskorf tot een hoogte van ca. 12 meter. Het was nagenoeg windstil weer. Later op de dag is, met aanwakkerende wind nog een vlucht gemaakt zonder korf. Op een hoogte van 20 meter liep het vermogen van de motoren plotseling door overververhitting terug. Hierdoor werd de machine onbestuurbaar via de Fessels, waardoor snel hoogte verloren werd en het toestel oncontroleerbaar neerstortte. De inslag van de machine was zodanig dat versplinterd hout in een grote cirkel rondom de machine verspreid lag. Na deze crash heeft de Luftfahrtruppe de steun voor de ontwikkeling van de SFF ingetrokken.
Na de crash steunden de Liptak fabrieken Zurovec met de verdere ontwikkeling van de machine. Zurovec heeft ondanks grote problemen om schaarse materialen te verkrijgen de machine kunnen repareren. In de machine werden 3 speciaal door hem gemodificeerde Oberursel UR 2 (110 pk) met waterkoeling ingebouwd, waardoor oververhitting en daardoor verlies van vermogen voorkomen werd. Zurovec was uiteindelijk niet tevreden met het resultaat en is gestart met ontwerp en bouw van een eigen rotatiemotor specifiek voor een SFF. Deze motor is wel ontwikkeld maar nooit gebruikt voor het aandrijven van een SFF, alweer door het sluiten van de wapenstilstand.
Op 12 september 1918 rapporteerde Zurovec dat rond 1 november 1918 gestart kan worden met nieuwe proefvluchten. Vanwege de wapenstilstand zijn deze niet meer uitgevoerd. De reusachtige K.U.K. Militäraeronautischen Zentralanstalt te Fischamend is volledig onderzocht door de Italianen, waarna alle bruikbare en interessante apparaten zijn meegenomen. Niet bruikbare machines werden vernietigd. Het totale complex is daarna volledig afgebroken.
Bij de apparaten welke zijn meegenomen richting Italië was de PKZ-2. Theodore von Karman claimt in zijn autobiografie dat hij de PKZ-2 in 1935 in een museum in Italië heeft gezien. Misschien zijn delen van de PKZ-2 nog ergens opgeslagen in Italië. Er is voor deze claim van von Karman tot nu toe geen bewijs gevonden. Misschien ligt er nog steeds ergens op een bijna door iedereen vergeten plek in Italië een stuk(je) van de legendarische PKZ-2. Het is helaas waarschijnlijk een sprookje.Een leuk verhaal om dit model te gaan bouwen. De tekst heb ik een beetje omgebouwd uit beide onderstaande site's:
PKZ-1PKZ-2Vooral op de site van de PKZ-2 staan prachtige foto's / afbeeldingen, ter inspiratie voor mijn model.
Goed, na dit vrij lange intro, maar even wat afbeeldingen:
Box-art
Achterzijde van de doos (voor de kleurtjes en de decal)
Sprue
Fijn gedetailleerd
Handleiding
Ook nog wat geschiedenis wat door Roden zelf geleverd wordt
Inspiratie
Zo op het oog een lastig kitje. Het is erg klein allemaal en er zit nog al eens een touwtje aan hier en daar. Daar wil ik visdraad of elastisch draad voor gebruiken. Visdraad heb ik in 0.08 en 0.18 mm dik en ik heb laatst al eens een klein rolletje elastisch draad van Uschi (fine size) van iemand overgenomen.
René