Beste bouwers,
Weer eens een bijdrage van mijn kant. Wat vooraf ging. Ik heb dit model eerst in zijn geheel gebouwd en foto's gemaakt, voordat ik het hier op het forum kon zetten.
De reden was, dat ik zat te wachten op een oproep voor een operatie, die ik moet ondergaan. Om dan halverwege, het verslag op "hold" te moeten zetten, vond ik voor jullie ook niet leuk. Uiteindelijk kwam alles op zijn pootjes terecht. Pas eind maart (a.s. dinsdag) wordt ik geholpen en het model is inmiddels klaar.
Dus hier het complete verslag. Betreft dus de Kawasaki Ki-64, Schaal 1/48, Scratch.
Het is ook weer zo'n oud idee, waar ik nu pas eens tijd voor had, om te bouwen. Ik wist al, dat alles van massief hout gemaakt moest worden, want een bouwdoos in mijn schaal is er niet. Ja, een heel obscure Japans Resin geval, wat al lang een collecters item is geworden. Voor de bouwers op 1/72 is er beter nieuws, MPM heeft een mooie kit gemaakt.
Nou heb ik, zoals nu wel bekend, altijd een zwak voor wat aparte gevallen. Dat is zeker het geval met deze kist. Er is er maar één van gebouwd. Heeft wel gevlogen, maar kwam vroegtijdig tot een einde, door motorbrand in de achterste motor. Deze jager had n.l. 2 motoren, het idee van een Do-335. Bovendien een koelingsysteem met steamcondensors in de vleugels. Kortom een redelijk gecompliceerd toestel, en dat op het einde van de oorlog. Men is er dan ook niet verder mee gegaan.
Nu zijn er weinig foto's van, een paar en nog matig van kwaliteit ook, maar gelukkig wel de nodige maatschetsen. Die had ik in het verleden al eens in 1/48 uitgeprint, dus daar kon ik mee beginnen.
Ik trakteer jullie maar weer op een stukje ouderwetse houtbewerking, eigenlijk dezelfde werkwijze als bij mijn Ki-77. De romp is uit een massief blokje hout gezaagd en verder op maat geschaafd en gevijld aan de hand van de opgeplakte malletjes
Dit is het belangrijkste deel, hier moet alles kloppen, anders ga je later een heel ander model krijgen, dan je voor ogen had. Dus voorzichtig en bij stukjes en beetjes alles in de ronde vorm krijgen. Hierbij zijn de verticale panel lines op de foto's altijd belangrijk. Hier kan je redelijk aan vaststellen, hoe de krommingen lopen.
Hierna moet de cockpit ruimte gecreeërd worden. Ik vind het het makkelijkste om een blok hout uit te zagen, waarbij ik dan de losgezaagde zijkanten terug lijm in de romp.
De plaatjes maken het wel duidelijk, wat ik bedoel. Gelijk maar de staartvlakken uit dik plastic plaat gezaagd, zodat ik teussen de bedrijven door, op mijn gemak, de profilen erin kon vijlen. Dit is ok zo'n stoffig geduld werkje, dat doe ik altijd in verschillende stappen, anders krijg je verkrampte vingers.
En toen was de vleugel aan de beurt. Dat is voor mij inmiddels wel een soort routine klus geworden, na al die Fokkers.
Het is wel een beetje lastig, deze vleugel heeft een knik halverwege en bestaat ook nog uit twee delen. Om alles gelijk te krijgen qua profil, alles eerst uit één stuk gezaagd.
Nadat ik alles in vier lagen grondverf had gezet, kon de zaag erin om de losse delen te krijgen. Zodoende kon ik netjes de knik in de vleugel maken. En daarna de aansluiting op de romp (min of meer) pas vijlen. De losse delen heb ik weer op mijn eigen wijze met dikke paperclibs als pen- gat verbinding gemaakt.
Ook had ik al tussendoor de staartvlakken op de romp gelijmd en geplamuurd. Voor het eerst maar eens Albalstine Autoplamuur gebruikt. Ik moet zeggen, het is goed spul, het schuurt mooi dun zonder brokkelen. Een goed alternatief voor de oude vetrouwde Tamiya Putty.
Verder had ik aan de hand van een malletje, de cockpit kappen gemaakt uit doorzichtig verpakkingsmateriaal. Zoals gewoonlijk weer de nodige reserve exemplaren gemaakt, en dat was maar goed ook, er ging met het op maat vijlen weer het nodige mis. Het is en blijft lastig materiaal om te bewerken.
De volgende klus aan de vleugel was het uit frasen van de wielkasten. Zoals ik al eerder geschreven heb, het is altijd uitkijken, zo'n frase wil nog wel eens uitschieten, dat gebeurde dus ook, en dan moet hij niet in je vingers terecht komen. Bovendien, een bril op voor je ogen!
Hierna konden de wanden van de wielkasten afgewerkt worden met dun plasticplaat van 0,5 mm.
De grote lijn was nu wel klaar, om alles goed zichtbaar te maken, heb ik het model toen in de grijze glansverf gezet om alles goed te controleren op onregelmatigheden.
Na wat bijwerken, was het model klaar voor de eerste laag zilver. Eigenlijk het uur der waarheid, wat zilver laat alles goed zien, wat niet goed is. Op een paar kleine dingetjes na, zag het er allemaal goed uit.
Tijdens het drogen was ik al aan slag gegaan met het onderstel. De wielpoten zijn uit stukjes gietboom opgetrokken. De rubbers over het verende gedeelte heb ik met koperdraad om de wielpoot gewikkeld.
Met de wielen zelf had ik geluk, ik had nog een paar reserve wielen van een Sukhoi Su-7 ? , die hadden ongeveer dezelfde diameter.
De wieldeuren zijn weer gemaakt van 2 laagjes dun plasticplaat op elkaar gelijmd. Zo kun je mooi de gaten erin krijgen.
De propeller is een hoofdstuk apart. De spinner is zo groot, dat ik daar geen exemplaar in de spare- parts doos kon vinden. Dan bleef er niets anders op, de bewerkelijk methode te volgen, dus laagjes platicplaat op elkaar lijmen en het geheel in vorm vijlen. Dit moet goed kloppen, want, zoals ik eens eerder heb geschreven, de neus van het toestel bepaald toch voor een groot deel "het aangezicht" van het model. Mij valt het altijd op als de lijnen niet goed lopen.
Ook weer zo'n geduld karweitje: het vijlen van 6 propeller bladen. De achterste drie zijn ook wat korter en belangrijk, het is een contra prop, dus tegengestelde bladhoeken.
Hierna kwam het einde al aardig in zicht. Er restte nog een lastig detail, de uitlaten. Hier moest ik weer aan de slag met de frase, dat gig redelijk goed, zonder ongelukken, ik had ook nog een paar uitlaten van een P-40 van Otaki, die kwamen hier goed van pas.
Tijd voor wat details aanbrengen, de afwerking van de cockpit kappen, glaasje over het landigslicht, stroomlijn bobbels bij de knik in de vleugel, remleidingen, pitotbuis en heel apart, van die ouderwetse scharnier- hevels op de hoogte roeren.
Om de metaal kleur wat te verbeteren, heb ik het hele model nog een nabehandeling met Rub'n Buff silver gegeven.
Ter vergelijking maar een oude Otaki Ki61 Hien erbij gezet, die is toch wel een stuk kleiner, maar wel leuk, je ziet dezelfde familie trekjes.
De laatste fase: ik had het richtingsroer rood geschilderd, maar ik ging eraan twijfelen of dat wel juist was, ik vond n.l. later foto's, waarop het roer gewoon zilver was. Ik vermoed, dat het "rood" een rode primer was, wat later overgeschilderd is in zilver, zoals gebruikelijk bij linnen.
De laatste loodjes waren het aanbrengen van de Hinomaru's, de "no step" markings op z'n Japans, het schilderen van de prop en het aanbrengen van de antenne, gemaakt van dun getrokken doorzichtig gietboom.
En toen was het bul wel klaar. Hier nog wat eindplaatjes.
Conclusie, na al het fröbelen ben ik wel tevreden met het resutaat. Ook hier zijn weer wat dingen, die ik beter had gewild, maar je doet wat je kunt...
Ik hoop, dat iedereen weer wat plezier aan de plaatjes en dit verslag hadden, ter lering en vermaak, zullen we maar zeggen.
Met vriendelijke groet.
JohnH